Bewegen omvat elke vorm van fysieke activiteit of oefening die door het lichaam wordt uitgevoerd, resulterend in energieverbruik boven de basale rustniveaus. Het kan variëren van dagelijkse activiteiten zoals wandelen, traplopen, tuinieren en huishoudelijke taken tot meer gestructureerde oefenprogramma’s zoals hardlopen, zwemmen, fietsen, krachttraining, en groepsfitnesslessen.
Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) omvat fysieke activiteit “alle bewegingen, inclusief tijdens vrije tijd, voor transport om ergens te komen of als onderdeel van iemands werk. Zowel matige- als intensieve fysieke activiteit verbetert de gezondheid” (WHO, 2020). De WHO beveelt aan dat volwassenen tussen 18 en 64 jaar oud wekelijks ten minste 150 tot 300 minuten matige intensiteit aerobe fysieke activiteit of ten minste 75 tot 150 minuten intensieve intensiteit aerobe fysieke activiteit, of een gelijkwaardige combinatie van matige- en intensieve intensiteit activiteit, uitvoeren voor substantiële gezondheidsvoordelen.
Bron: Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). (2020). Fysieke activiteit. Geraadpleegd van https://www.who.int/news-room/fact-sheets/detail/physical-activity
Deze definitie benadrukt het belang van beweging niet alleen voor fysieke fitheid en gewichtsbeheersing, maar ook voor het bevorderen van de algemene gezondheid en welzijn, waaronder het verminderen van het risico op chronische ziekten zoals hartziekten, diabetes type 2, en bepaalde vormen van kanker.
Het verschil tussen bewegen en sporten?
Bewegen en sporten zijn beide vormen van fysieke activiteit, maar ze verschillen in structuur, intentie en vaak ook in intensiteit. Hier zijn de belangrijkste verschillen:
Bewegen
- Definitie: Bewegen omvat elke lichamelijke activiteit die wordt uitgevoerd om energie te verbruiken. Dit kan variëren van dagelijkse activiteiten zoals wandelen, traplopen, tuinieren, tot actieve recreatie zoals dansen.
- Doel: Het primaire doel van bewegen is om actief te blijven en gezondheidsvoordelen te behalen, ongeacht of de activiteit is gestructureerd of ongestructureerd.
- Intensiteit: Beweging kan variëren in intensiteit van laag (bijvoorbeeld wandelen) tot matig (bijvoorbeeld stevig wandelen). De intensiteit is vaak lager dan die van sporten.
- Structuur: Bewegen is meestal minder gestructureerd dan sporten. Het kan spontaan zijn of deel uitmaken van de dagelijkse routine zonder specifieke trainingsschema’s of -plannen.
Sporten
- Definitie: Sporten verwijst naar gestructureerde en competitieve fysieke activiteiten die volgens specifieke regels worden uitgevoerd. Dit omvat activiteiten zoals voetbal, basketbal, hardlopen, zwemmen en fietsen in een competitieve setting.
- Doel: Het doel van sporten kan variëren van plezier en recreatie tot fysieke verbetering, competitie en professionele ontwikkeling.
- Intensiteit: Sporten wordt vaak uitgevoerd met een hogere intensiteit dan algemene beweging en is gericht op het verbeteren van specifieke fysieke vaardigheden en prestaties.
- Structuur: Sportactiviteiten zijn meestal goed gestructureerd, met specifieke trainingsschema’s, oefeningen en doelen. Ze kunnen individueel of in teamverband worden beoefend.
Samengevat, terwijl bewegen kan worden gezien als elke vorm van lichamelijke activiteit die wordt uitgevoerd om gezond en actief te blijven, verwijst sporten naar meer gestructureerde, competitieve en vaak intensievere vormen van fysieke activiteit. Beide zijn belangrijk voor de gezondheid, maar de keuze tussen bewegen en sporten hangt af van de persoonlijke doelen, voorkeuren en het gezondheidsniveau van een individu.